Een goede espresso begint bij de juiste boon. Niet elke koffieboon is hier geschikt voor. Het vraagt om een brandprofiel dat in korte extractietijd voldoende zoetheid, complexiteit en intensiteit geeft. Variëteit, kwaliteit en branding maken hier het verschil.
Espressobonen zijn vaak iets donkerder gebrand dan filterbonen, zodat er voldoende oplosbare stoffen vrijkomen tijdens het korte zetproces. Een lichte roast geeft meestal de juiste balans tussen bitters, zuren en zoetheid.
Blends combineren verschillende oorsprongen om een gebalanceerd profiel te creëren. Denk aan tonen van chocolade, noten, karamel, rood fruit of specerijen. Single origin espressobonen kunnen juist verrassend uitgesproken zijn, met florale of fruitige accenten.
Voor elk type espresso een passende boon
Van chocolade tot fris fruitig – er is een enorme variatie in espressobonen. Voor een romige cappuccino zijn volle, ronde smaken met body ideaal. Voor een zwarte espresso komt helderheid en balans beter tot zijn recht. En voor melk koffies met veel volume, zoals flat white of latte, is een krachtige, zoetige espresso het fundament.
De keuze voor espressobonen hangt samen met je zetmethode, je smaakvoorkeur en het doel van de koffie. Daarom is het belangrijk om te experimenteren en te proeven. De beste espressoboon is degene die precies doet wat jij zoekt in het kopje.
Consistentie, extractie en versheid
Goede espressobonen zijn uniform in grootte, vers gebrand en geschikt voor nauwkeurige extractie. De versheid van de boon speelt een grote rol in smaak en cremalaag. Te verse bonen geven overdruk en onbalans, te oude bonen verliezen aroma en complexiteit. Het ideale venster ligt meestal tussen 7 en 30 dagen na branding.
Ook maalfijnheid en dosering moeten afgestemd worden op de boon. Elke nieuwe batch vraagt om aandacht en afstemming, zeker bij single origins of lichte brandingen.